De grote hamvraag bij metaverse: wie gaat de richting bepalen?
Metaverse wordt gezien als de volgende versie van het internet is en daarmee medebepalend voor de toekomst van het internet. Veel organisaties en groepen werken vanuit verschillende perspectieven aan deze toekomst. Tegelijkertijd zijn nog veel zaken onduidelijk en spelen veel vragen in de samenleving: Hoe zorgen we dat cruciale waarden en principes geborgd worden? En hoe zorgen we ervoor dat de regie op metaverse niet in handen komt van enkele partijen?
Op donderdag 14 april organiseerde ECP een fysieke deelnemersspecial over metaverse. Met verschillende sprekers en ruim 100 aanwezigen spraken wij over deze vraagstukken en gingen wij in op de ontwikkelingen achter metaverse.
Wat is straks echter: de fysieke wereld of de virtuele wereld?
“De metaverse of metaversum is een aanhoudend en onderling verbonden netwerk van virtuele 3D-werelden dat uiteindelijk zal dienen als de toegangspoort tot de meeste online-ervaringen, en ook een groot deel van de fysieke wereld zal ondersteunen. Metaverse geeft een individu het gevoel (lijfelijk) aanwezig te zijn, in een virtuele omgeving, met continuïteit van data, identiteit, historie, objecten en communicatie”. Aan het woord is Dr. Ir. Omar Aziz Niamut, hij leidt bij TNO het onderzoek naar social eXtended Reality (XR). Hij volgt hiermee de definitie van durfkapitalist Matthew Ball (the Metaverse Primer) over wat metaverse nu precies is.
Decennialang waren deze ideeën beperkt tot sciencefiction en videogames, maar ze zijn nu klaar om een revolutie teweeg te brengen in elke branche en functie. Als voorbeeld noemt Omar RecRoom: dit is een virtuele omgeving waarin deelnemers zelf games bouwen, delen en spelen met 37 miljoen deelnemers
Als metaverse inderdaad een systeemtechnologie is of wordt, zijn er ook zorgen. “De vraagstukken die we nu hebben over digitale en datasoevereiniteit spelen ook in de metaverse. Wie bouwt werelden, wie waarborgt interoperabiliteit, wie is eigenaar van biometrische data en heeft er toegang tot?” waarschuwt Omar.
Er zijn binnen de metaverse community initiatieven om te komen tot XR ethics richtlijnen en frameworks. Want wat doet XR met ons: “Zijn er straks mensen die niet meer in de fysieke wereld leven zonder de virtuele laag? En wat is dan echter: de fysieke wereld of de virtuele?” sluit Omar af.
Waarom heet Facebook nu Meta?
De komende 10 jaar zien we gaandeweg meer technologieën met elementen uit de metaverse. Verantwoorde ontwikkeling van de metaverse, hoe kunnen we die stappen zetten? “Meta wil verantwoord innoveren: controle over ervaring ligt bij mensen, iedereen moet mee kunnen komen. Privacy, veiligheid en integriteit, inclusie en interoperabiliteit zijn uitgangspunt bij het ontwikkelen van metaverse”, vertelt Edo Haveman, Head of Public Policy voor de verschillende Meta platforms in Nederland, België en Luxemburg.
Uit het publiek komt de vraag of we Meta in haar bedoelingen kunnen vertrouwen: als de metaverse van iedereen is en het gaat om het verbinden van werelden, waarom is Facebook dan overgegaan op de naam Meta? “Het doel van Meta is om toegang te bieden tot die verschillende werelden, via allerlei technologie en dat een diversiteit aan platforms daarvoor voorwaarde is.” antwoordt Edo.
In welke digitale toekomst willen we leven?
“Een belangrijk doel, dat de SER ook hanteert bij andere transities is brede welvaart.” Aan het woord is Judith Blijden, beleidsmedewerker digitale transitie bij de Sociaal-Economische Raad (SER), jurist en filosoof. “Met brede welvaart bedoelt de SER dat welvaart naast de financieel-economische dimensie, ook een sociaal-maatschappelijke en ecologische dimensie heeft. Bij brede welvaart blijven deze dimensies in evenwicht en gaan ze niet ten koste van elkaar. Een evenwichtige economische groei, passend bij een duurzame ontwikkeling, wordt gecombineerd met een zo groot mogelijke arbeidsparticipatie en een redelijke inkomensverdeling. Die principes gelden ook voor de metaverse: doel is dat iedereen kan bijdragen, denk aan vaardigheden, trainingen en dat er geen oneerlijke machtsposities zijn.”
De werkgroep digitale transitie van de SER volgt en duidt vanuit dat perspectief van brede welvaart de impact van ontwikkelingen. En oefent invloed uit op de richting: in welke digitale toekomst willen we leven.
Ook in de cloud moeten we ons veilig kunnen bewegen
Tweede kamerlid voor de VVD, Queeny Rajkowski, heeft digitale zaken in haar portefeuille. Zij wil dat we de discussie over metaverse nu al starten: “Op straat kunnen we ons veilig bewegen, dat moeten we straks in de cloud ook kunnen.”
En er zijn meer vraagstukken rond metaverse die politieke aandacht nodig hebben. Queeny vervolgt: “Denk aan eigendom: kan ik straks virtuele grond kopen, of kaartjes voor een virtueel concert? Maar ook anonimiteit: kunnen we straks nog anoniem op straat lopen wanneer anderen met XR van alles over ons kunnen zien?”
Van wie zal de metaverse straks zijn?
In het paneldebat komt de vraag aan de orde of Nederland een rol gaat spelen in deze ontwikkelingen. Omar is positief: “Kennisinstellingen hebben al veel expertise opgebouwd, we zijn goed aangesloten bij de grote Europese onderzoeksprogramma’s. Wel moeten we zorgen dat we een generatie opleiden die over de juiste kennis beschikt.”
Het vraagstuk van wie de metaverse zal zijn komt steeds terug in de vragen: of het toch niet weer een paar grote Amerikaanse techpartijen zullen zijn die de richting bepalen. En dat we investeren in iets dat Nederland en Europa misschien niet eens ten goede gaat komen. Hoe gaan we deze principes beschermen tegen de macht van het geld?
Het Rathenau heeft ontwerpprincipes voor de digitale samenleving opgesteld. Vragen als anonimiteit en manipulatie komen daarin aan de orde. Moeten we die niet ook gaan toepassen op metaverse?
“Iedere organisatie, bedrijf en land moet eigen waarden gaan formuleren’, stelt Edo.
“De principes die we hebben neergelegd in de grondwet, moeten we leren vertalen naar nieuwe technologie”, meent Judith. “Dat vergt open gesprekken en multidisciplinariteit.”
Arie van Bellen, ECP, sluit af met de woorden: “In de vertaalslag van algemene principes naar specifieke richtlijnen, kan ECP een rol spelen.”