Op woensdag 28 juni vond het Politiek Zomercafé plaats in Nieuwspoort, Den Haag. Tijdens deze bijeenkomst ging gastspreker Kees Verhoeven in gesprek met de zaal over het thema digitalisering in de politiek. Het Politiek Zomercafé werd geopend door Arie van Bellen, directeur van ECP. Na een kort welkomstwoord werd Kees Verhoeven geïntroduceerd.
Verhoeven sprak aan de hand van zijn boek ‘De Democratie Crasht’ over de invloed die digitalisering heeft op de Nederlandse rechtstaat en democratie. Zo sprak hij over de wisselwerking tussen democratie, technologie en psychologie. In het huidige politieke landschap is er veel versnippering; er zijn twintig verschillende politieke partijen en weinig verbinding tussen dossiers. Het vertrouwen van de burger in politici was nog eerder niet zo laag (21%) blijkt uit cijfers van het CBS. Ook de overheid heeft minder vertrouwen in de burger. Door middel van digitale technologie probeert de overheid grip te krijgen, maar digitalisering heeft juist grip op de politiek.
Daarnaast herkent Verhoeven een aantal systeem- en denkfouten bij politici. Zij hebben last van maakbaarheidsdrang die gevoed wordt door data. Data wordt ingezet om grip te krijgen op maatschappelijke problemen: corona, fraude, schoolverlaters. Algoritmes voorspellen en verklaren. Om beter met technologie om te gaan stelt Verhoeven voor om te redeneren vanuit collectieve waarden en beginselen. De Tweede Kamer is toe aan een inhoudelijk debat, maar vanwege systeemfouten is dat moeilijk te realiseren. In de praktijk worden er methodes toegepast die vanuit collectieve waarden digitalisering benaderen. Verhoeven verwees naar de Aanpak Begeleidingsethiek die door ECP ontwikkelt is.
Ook scoringsdrang is één van de systeemfouten die bij politici speelt. Dit komt door de invloed die sociale media hebben op de werkwijze van politici. Tijdens debatten is er meer focus op strakke one-liners dan inhoudelijke argumenten, zodat filmpjes of tweets online meer gedeeld worden.
Na de presentatie van Kees Verhoeven was het de beurt aan de zaal om vragen te stellen. Onder de aanwezigen waren onder andere voormalig politica en voorzitter van het bestuur van ECP Tineke Netelenbos, zo ook voormalig Tweede Kamerlid van de PvdA en eigenaar van DIVD Astrid Oosenbrug en Tweede Kamerlid en VVD Woordvoerder Digitale zaken & BZK Hawre Rahimi.
Naar aanleiding van de schets die Verhoeven in zijn presentatie gaf over de huidige werkwijze van politici werd er vanuit de zaal de volgende vraag gesteld. ‘Hoe zorgen we dat positieve bedrijfsmaatregelen met een lange termijn ook onder de aandacht blijven bij politici die last hebben van scoringsdrift?’
Volgens Verhoeven is het een kwestie van de financiering op de juiste plek krijgen. Politici willen grip hebben op de huidige maatschappelijke problemen en daarom is een lange termijn investering onaantrekkelijk. Vanuit het Nationaal Groeifonds wordt hier op een goede manier aan gewerkt.
Vanuit de zaal ontstond er ook een gesprek over het binnenhalen van kennis in de Kamer. Kamerleden zijn vaak bang om in gesprek te gaan met externen, waaronder ambtenaren, terwijl er binnen de overheid veel kennis en behoefte is om ervaring te delen. Volgens de Oekaze-Kok die in 1998 door oud premier Wim Kok werd ingevoerd was het ambtenaren alleen toegestaan om feitelijke informatie te geven aan Kamerleden, journalisten en anderen. Daarvoor was er nog instemming van de minister noodzakelijk.
De regeling is eind 2020 door Minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties versoepeld, maar het sentiment is nog voelbaar. Tineke Netelenbos begon eind jaren tachtig als Kamerlid en deelde haar ervaring met de zaal. Ook Kees Verhoeven herinnerde zich goed hoe hij tijdens en na zijn carrière als Kamerlid weinig tot geen contact had met ambtenaren.
Ter afsluiting van de vragenronde vond een geslaagde borrel plaats waarop de gasten de discussies in de zaal konden voortzetten.