Symposium digitale transitie: gezamenlijke verantwoordelijkheid vanuit de digitale Stack

Op donderdag 16 mei organiseerde ECP in samenwerking met het ministerie van Economische Zaken & Klimaat het ‘Symposium digitale transitie: gezamenlijke verantwoordelijkheid vanuit de digitale Stack’ Deze bijeenkomst vond plaats in het Mauritshuis in Den Haag.

Toelichting thema

In 2022 heeft het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) als input voor de ‘Strategie Digitale Economie’ een toekomstverkenning laten uitvoeren door FreedomLab. Het rapport Toekomstverkenning Digitale Economie 2030 (november 2022) kunt u hier vinden.

Resultaten 2023

In mei 2023 heeft het symposium plaatsgevonden met de titel ‘Transformatief overheidsbeleid voor de Digitale Economie’. Dit evenement vond plaatst omdat er de behoefte was om met een breed stakeholderveld het FreedomLab rapport te bespreken, te toetsen en op basis daarvan de Strategie Digitale Economie uit te dagen. De methodiek van het FreedomLab rapport – het zogenaamde Stack model – sprak veel partijen aan en vormt een kapstok voor discussie en beoordeling van actuele thema’s en ontwikkelingen op de relevantie voor de Strategie Digitale Economie. De Stack biedt hierbij een analytisch model om digitale systemen te ontleden in verschillende onderliggende deeltechnologieën en verschillende trends met elkaar in verband te brengen.

Ontwikkelingen in 2024

Anderhalf jaar na de publicatie van de Toekomstverkenning Digitale Economie 2030 en de Strategie Digitale Economie loont het de moeite om terug te kijken en opnieuw vooruit te blikken. Dagvoorzitter Daniel Frijters (Directeur Operations – ECP | Platform voor de InformatieSamenleving) heette samen met Angela van Diejen (MT-lid directie Digitale Economie – Ministerie van Economische Zaken en Klimaat) de aanwezigen van harte welkom. Bekijk de presentatie: Presentatie Daniël Frijters

Angela en Daniël gaan in op de achtergrond van deze bijeenkomst: het minisymposium, ruim een jaar geleden, over het rapport van FreedomLab ‘Toekomstverkenning Digitale Economie 2030 (november 2022)’. De toekomstverkenning biedt nog steeds een actueel analysekader in de context van de vijf beleidspijlers voor Digitale Economie. Deze beleidspijlers van EZK, die worden beschreven in Strategie Digitale Economie, zijn:

1. Versnellen digitalisering mkb

2. Stimuleren digitale innovatie en vaardigheden

3. Creëren van de juiste randvoorwaarden voor goed werkende digitale markten en diensten

4. Behouden en versterken van een veilige, betrouwbare en hoogwaardige digitale infrastructuur

5. Versterken cybersecurity

Angela en Daniël benadrukken dat vanuit verschillende perspectieven (macro, meso en micro) naar de digitale transitie en de toekomst van de digitale economie gekeken kan en moet worden en het doorlopend  gesprek en de discussie hierover belangrijk en waardevol is. Angela nodigt de aanwezigen uit om suggesties en ideeën te delen en vooral bij EZK op de lijn te komen.

Sjoerd Bakker (Team Lead – FreedomLab) gebruikt het ontwikkelde analysekader uit ‘Toekomstverkenning Digitale Economie 2030’ om aan te geven waar we momenteel staan in de digitale economie en schetst de context voor de volgende presentaties en discussie.

Centraal in het model van FreedomLab staat de ’technology stack’. De digitale diensten die bedrijven en burgers gebruiken, komen tot stand in een complex ecosysteem waarin tal van partijen een rol spelen. Dit ecosysteem bestaat uit grondstoffen die zijn nodig voor de productie van hardware en software, de datacentra, de infrastructuur, de kennis en vaardigheden van de mensen in de hele stack en uiteindelijk de bredere context waarin de diensten en producten worden gebruikt: samenwerkingsverbanden, organisatiestructuren, wettelijke kaders.

Het Stack model onderscheidt vier verschillende ontwikkelingsscenario’s op basis van twee assen: is de ontwikkeling gedreven door missies of door economische belangen en de mate van continuïteit in de transformatie (evolutie of revolutie).

De huidige situatie wordt gekenmerkt door monopolisten die de stack domineren. Druk om te veranderen is er geopolitiek (de Oekraïne-oorlog, de verhouding VS en China, Trump) en cultureel (welzijn, duurzaamheid, democratie). Economische belangen van de dominante partijen zijn nu sterk sturend voor de digitale ontwikkelingen en er is een grote mate van continuïteit.

Observaties:

– De digitale economie zit in een transformatiefase: partijen krijgen een nieuwe rol, nieuwe instituties en governance, nieuwe machtsverhoudingen, nieuwe diensten.

– Het beleid moet gericht zijn op de ondersteuning en begeleiding van de grote veranderingen in de samenleving en economie. Verandering gaat gepaard met een grote mate van onzekerheid voor gevestigde en nieuwe partijen op de markt, maar ook voor overheid en consumenten/burgers. Luisteren, opvangen van signalen en inspelen op wat nodig is, is de uitdaging voor beleidsmakers.

– Transformatie zorgt voor veranderingen in de hele technische stack die de basis vormt voor de diensten die we zien en gebruiken: beleid moet rekening houden met de complexiteit van de toeleveringsketens achter diensten. Transformatie zorgt voor verandering in de hoogste lagen van de stack, zoals organisatievormen, cultuur, toezicht en geopolitieke machtsverhoudingen.

– Bij zulke ingrijpende veranderingen zijn het de kleine partijen (de nichespelers) met veel bewegingsvrijheid en flexibiliteit, niet gehinderd door legacy en ingeslepen manieren van kijken en reageren, die de transformatie op gang brengen. Zij destabiliseren het regime (de gevestigde orde) dat zich gaandeweg aanpast en leert op nieuwe manieren te reageren.

– De transformatie overkomt ons voor een deel. Er zijn wel degelijk keuzemogelijkheden.

Sjoerd schetst vier scenario’s om die keuzes te schetsen:

1. De VS Platformeconomie: in dit scenario bepaalt een klein aantal monopolisten de richting en veranderingen in de economie en samenleving. Zij maken de keuzes: dit scenario is aantrekkelijk voor de samenleving want comfort, kwaliteit en een lage prijs horen hierbij. Maar ook afhankelijkheid van de keuzes van derden: de inrichting van de publieke ruimte wordt door commerciële partijen vormgegeven.

2. De Autarkische Stack, waar de overheid keuzes maakt met het oog op onafhankelijkheid, autonomie en eigen waarden. Risico is dat de samenleving zich economisch en technisch isoleert.

3. De Transformatieve Stack: keuzes worden gemaakt om maatschappelijke doelstellingen te realiseren. Denk hierbij aan duurzaamheid, zorg, mobiliteit en huisvesting. Gevaar is betutteling: de overheid bepaalt richting en prioriteiten van ontwikkelingen.

4. De Zwermeconomie: burgers maken zelf keuzes, democratisch, verzet tegen Big Tech, grillig en oncontroleerbaar.

Beleidskeuzes kunnen tegen de achtergrond van deze vier scenario’s worden geanalyseerd.

Veranderingen beginnen met experimenteren in kleine kring, in de niches. Experimenten worden opgepakt en versnellen de verandering. Langzaam ontstaat zicht op de mogelijkheden van de nieuwe stack en worden de opties beter, goedkoper en aantrekkelijker (emergentie). De selectiecriteria van de actoren in de economie veranderen, waardoor nieuwe diensten en producten aantrekkelijker worden. Ten slotte worden de oude manieren van werken en oude diensten en producten uitgefaseerd. De druk om te veranderen kan zowel van onder (cultureel – mentale gezondheid, autonomie, klimaatbewustzijn) als van boven komen: geopolitiek (denk aan de Oekraïne-oorlog, Trump, spanning tussen VS en China). Voor de geïnteresseerden: https://drift.eur.nl/nl/over-drift/transities/ Bekijk de presentatie: Presentatie Sjoerd Bakker

John Blankendaal (Managing Director – Brainport Industries) schetst de veranderingen in de maakindustrie van de afgelopen decennia. Brainport verbindt bedrijven die betrokken zijn bij het maken van “high mix, low volume, high complexity” machines (bijna unieke machines, iedere keer anders en technisch enorm complex). Deze sector is sinds 2018 de grootste exporteur in Nederland (groter dan gasexport). De bedrijven die deze machines maken, zoals ASML, bestaan zelf voor 80% uit R&D: de productie van de machines vindt plaats in een ecosysteem van grote en kleine bedrijven in heel Nederland en Europa.

Door geopolitieke veranderingen is Brainport steeds meer buiten Europa actief: vestigingen wereldwijd worden ingericht, zodat productie en levering kunnen doorgaan in de keten onafhankelijk van geopolitieke ontwikkelingen.

De digitalisering van de bedrijven in deze netwerken loopt ver achter op wat mogelijk en wenselijk is, waardoor bedrijven inefficiënt produceren, te weinig flexibel zijn en er onnodig veel fouten gemaakt worden. Om de concurrentiepositie rond deze hoog complexe en vaak unieke machines uit te bouwen en voor te blijven op monopolisten (die als ze zelf de complete Stack in handen hebben daardoor al snel goedkoper kunnen produceren) is veel nodig. Een cruciale uitdaging is standaardisatie: bij het ontwerp, de productie en logistiek rond deze producten zijn standaarden nodig die vaak in heel verschillende sectoren zijn ontwikkeld met eigen definities en processen. In Europa wordt gewerkt aan harmonisatie van deze vele honderden standaarden (TNO speelt daar een belangrijke rol in) onder de vlag RAMI (Reference Architectural Model Industrie 4.0). De Mkb-bedrijven staan nog maar aan het begin van die ontwikkeling.

De technologische stack rond high tech industrie en de rol van digitalisering hierin is nog volop in ontwikkeling. Het is een inspirerend voorbeeld hoe een ecosysteem (een zwerm) van bedrijven diensten en producten kan ontwikkelen die voorheen alleen door monopolisten werden geproduceerd, die zelf de hele stack in handen hadden. Bekijk de presentatie: Presentatie John Blankendaal

Marco D’Agata (CEO – Neolook Solutions) is met Neolook Solutions een innovatieve nichespeler: de technologie van Neolook Solutions levert een enorme bijdrage aan de zorg voor te vroeg geboren kinderen. Neolook helpt bij de interpretatie van de talrijke signalen die door de sensoren en apparaten in en rond een couveuse worden verzameld, door deze te combineren met de analyse van live camerabeelden. Daardoor kunnen verpleegkundigen een betere inschatting maken van risico’s. De data vormen een belangrijke bron voor de verbetering van deze vorm van zorg. Ziekenhuizen en artsen die Neolook gebruiken, werken samen om data te poolen en gezamenlijk onderzoek op te zetten. Artsen en verpleegkundigen verbeteren hun vaardigheden door achteraf samen beelden te analyseren van medische handelingen en van het ingrijpen bij noodsituaties.

Maar in de zorg Stack zijn het niet de mensen die de digitale technologie gebruiken die de keuzecriteria bepalen. De markt wordt gedomineerd door grote kapitaalkrachtige gevestigde partijen, die vaak al tal van mislukkingen kunnen noemen rond de technologie van Neolook. De strategie van Neolook is daarom vanuit eindgebruikers (verpleegkundigen, artsen en ouders) te starten en initiatieven rond het verbeteren van best practices, vaardigheden en onderzoek te stimuleren en mogelijk te maken. De aanschaf en het gebruik van producten en diensten worden bepaald door instituties ver van de gebruikers. De strategie van Neolook is tot nu toe succesvol gebleken: Neolook is in enkele jaren flink gegroeid en staat aan het begin van een nieuwe fase van groei.

Marco signaleert dat voor iemand die zelf onderdeel uitmaakt van de stack, als technologieleverancier en dienstverlener, de stack zich eerder voordoet als een bord spaghetti: als je er een enkele sliert (met alleen vork, zonder lepel natuurlijk) uit probeert te halen, blijkt deze verknoopt met de andere op het bord.

De adoptie van de digitale technologie in de zorg heeft een sterk politiek-bestuurlijke component, maar ook een culturele. Als er op de werkvloer een open cultuur is waarin professionals open kunnen zijn over wat ze doen, hoe ze het doen en welke inschattingsfouten ze maken en daar samen van leren, dan is deze technologie een enorme aanwinst. Als fouten vooral verborgen moeten blijven vanwege sancties ongeacht de omstandigheden, dan is deze technologie bedreigend.

Veel partijen in de zorg vrezen dat veranderingen ook van invloed zullen zijn op hun positie: eigen aan digitale transformatie is dat die veranderingen vaak onvoorspelbaar zijn. De onzekerheid die dat oproept, maakt dat partijen daardoor verandering tegenhouden. Door gaandeweg ervaring op te doen met veranderingen ontdekken partijen nieuwe kansen en kunnen ze afscheid nemen van de oude rol. Maar vaak sneuvelen innovaties al voordat ervaring kan worden opgedaan.

Het bedrijf van Marco staat aan de vooravond van een groeispurt: de projecten worden vele malen groter. Er is veel meer kennis nodig rond de werkvloer. Met de contacten met ziekenhuizen en vooral de positieve bevindingen en pleidooien van verpleegkundigen en artsen lijkt de groei een kwestie van tijd.

Ook in de zaal wordt herkend dat dit moment voor start-ups vaak erg moeilijk is: er moet eerst flink geïnvesteerd worden in mensen en organisatie om in de nabije toekomst de groeispurt mogelijk te maken.

Neolook Solutions is een nichespeler die het establishment beconcurreert in een markt die niet werkt zoals de meeste: de keuzecriteria worden niet door de gebruikers bepaald, de beslisser is niet de partij die betaalt (want dat is het ziekenhuis). De culturele en juridische aspecten binnen de stack spelen een belangrijke rol bij de adoptie van digitale technologie. Bekijk de presentatie: Presentatie Marco D’Agata

Voorafgaand aan de paneldiscussie houdt Jelmer Knoet (Bestuurslid Jong ECP & Privacy Consultant Croonwolter&dros) een pleidooi om jongeren als gesprekspartner te betrekken bij digitale innovatie. Jongeren groeien op met de dilemma’s die voor een deel van de samenleving nog nieuw zijn. Jongeren worden mogelijk minder gehinderd door de reactiepatronen en waarden die de huidige stack domineren en hebben gevormd. Ze kunnen het gesprek verrijken, standpunten ter discussie stellen en daarmee helpen andere perspectieven te ontwikkelen. Jong ECP helpt daar graag bij.

Vanuit het perspectief van verantwoorde research en innovatie kunnen jongeren als stakeholder niet ontbreken. Zeker omdat keuzes jongeren vaak raken: denk aan het gesprek over onderwijs en taalmodellen, de impact van social media en privacy. Het ontwikkelen van digitale technologie zonder belanghebbenden zoals jongeren intensief te betrekken, blijkt tegen grenzen op te lopen en innovatiekansen te missen.

Paneldiscussie

Met Anna Gerbrandy (Full Professor of Competition Law – Universiteit Utrecht), Nitesh Bharosa (Professor of GovTech – TU Delft) en Geert-Jan van der Snoek (Lid Raad van Bestuur – Lefebvre Sarrut S.A, CEO – Sdu B.V. & Lid Raad van Toezicht – Stichting AiNed)

Nitesh Bharosa bepleit meer aandacht voor randvoorwaarden die van belang zijn voor techniekontwikkeling en samenleving: denk aan e-identiteit en privacy. Afspraken zijn nodig om die randvoorwaarden te realiseren, maar ook experimenteeromgevingen om te ervaren wat er precies nodig is.

Anna Gerbrandy wijst op de cruciale rol van mededinging in de economie: het is de basis voor innovatie en het fundament voor digitale transitie. Maar het is, gezien de discussie, de vraag of dat recht nog past bij de huidige situatie. Wat betekent marktmacht in de huidige situatie? Moet bij het inrichten van mededinging niet veel meer aandacht komen voor publieke belangen, zoals pluriformiteit en democratie? Het is belangrijk te onderzoeken hoe mededinging een rol kan spelen bij het waarborgen van publieke belangen.

Geert-Jan van der Snoek herkent de uitdagingen van Marco bij de groei van Neolook Solutions: om werkelijk te kunnen groeien zijn op een zeker moment eerst investeringen nodig in organisatie en mensen. Hij bepleit daarom nieuwe vormen van subsidie en aanbesteding. Denk aan investeringsvormen die NL AIC en AiNed ontwikkelen. Een groep samenwerkende start-ups moet zich kunnen kwalificeren voor een aanbesteding. En ook groepen start-ups die werken aan dezelfde diensten en producten zouden we moeten kunnen helpen opschalen.

Het panel en de zaal zijn ervan overtuigd dat de rol van Europa en Nederland op het gebied van digitale innovatie niet is uitgespeeld. Het scenario van de VS Stack die digitale dienstverlening en AI-innovatie stuurt, is te eenvoudig. Een kleine Nederlandse partij als Sdu heeft bijvoorbeeld een belangrijke positie rond data opgebouwd. Er zijn partijen die op de VS-diensten, nieuwe diensten bouwen. En het scenario van de VS Stack, onderschat het belang van netwerkeffecten. Pas als veel partijen gebruik maken van een technologie, krijgt het economische waarde (denk aan de ecosystemen rond Brainport). Het is daarom ook belangrijk om ervoor te zorgen dat het bedrijfsleven in staat is technologie te benutten (readiness).

Het vraagstuk van sturing van de transformatie (waardoor het een transitie wordt), dat Sjoerd aanstipte, leidt tot discussie over de aard van sturing. Bedrijven en burgers zijn een belangrijke groep om te raadplegen, maar het is de overheid die moet zorgen voor de randvoorwaarden. Het moet aantrekkelijk zijn om keuzes te maken op basis van nieuwe criteria, zowel voor burgers en consumenten als in het economische speelveld. Een stok helpt niet als het alternatief niet aantrekkelijk is. Een belangrijk punt voor de overheid is de zorg voor het deel van de bevolking dat niet mee kan met ontwikkelingen. Er moeten omgevingen komen waar wordt geëxperimenteerd met nieuwe toepassingen, ervaring wordt opgedaan, feedback wordt opgehaald van belanghebbenden en de randvoorwaarden duidelijk worden. Uit de presentaties kwam ook het belang van digitale fitheid van medewerkers en bedrijven naar voren: het hebben van kennis over en klaar zijn voor ontwikkelingen.

Op de vraag of Nederland niet te klein is om tot digitale innovaties te komen, reageert zowel het panel als de zaal ontkennend. Het doet er vaak niet toe hoe groot je bent, maar of je kunt samenwerken, kunt organiseren en ervaring hebt. Voor grote lidstaten lijkt Nederland soms wel één groot fieldlab. Als je ervaring hebt en al bezig bent, dan ben je een waardevolle gesprekspartner ook in internationale consortia.

Opnieuw komt aan de orde dat het voor start-ups vaak veel moeilijker is om door groeien en in te spelen op zaken dan voor grote organisaties, omdat investeringen nodig zijn voordat je kunt groeien. Dat geld hebben start-ups vaak niet. Het panel houdt een pleidooi om veel meer vanuit ecosystemen te denken bij het stimuleren van bedrijvigheid en bij aanbesteden. Brussel heeft ook aandacht voor deze problematiek. Eigenlijk is er nu geen gelijk speelveld voor start-ups en scale-ups in de huidige economie.

Angela van Diejen (EZK) sluit de middag af met de observatie dat het vermijden van risico’s door grote partijen vaak de richting en het tempo van innovatie lijkt te bepalen. Er is een complexe samenhang tussen macro-, meso- en microniveau. Waar er op macroniveau eerst weinig lijkt te veranderen, wordt op micro- en mesoniveau op het niveau van de kleine stapjes, vaak de kiem gelegd voor de grote veranderingen. Arbeidsmarkt, kennis en kunde, zijn daarom erg belangrijke voorwaarden voor innovatie.

Sprekers

Angela van Diejen

Angela van Diejen is MT lid bij de directie Digitale Economie bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK), een directie waar gewerkt wordt aan het vormgeven van de digitale transitie voor burgers en bedrijven. Binnen deze brede opgave geeft Angela leiding aan het team Digitale Infrastructuur & Connectiviteit en het team Kennis & Innovatie. Hiervoor was Angela manager van het stafbureau van het DG Economie & Digitalisering en werkte ze in diverse functies bij de directie Mededinging & Consumenten van EZK. Ze startte haar carrière bij (een voorloper van) de Autoriteit Consument en Markt. 

Sjoerd Bakker

Sjoerd geeft leiding de denktank FreedomLab, die door middel van onderzoek en strategische scenarioplanning publieke en private organisaties helpt om inzicht te krijgen en zich voor te bereiden op de toekomst. Sjoerd is gepromoveerd in de innovatie- en transitiewetenschappen en is breed geïnteresseerd in de wisselwerking tussen technologie en samenleving. Zijn onderzoek richt zich op de toekomst van digitale technologie, mobiliteit en energie.

John Blankendaal

John Blankendaal is de directeur van Brainport Industries, een toonaangevende coöperatie bestaande uit 125 toeleveranciers in de high tech industrie. Hij leidt initiatieven om een toekomstbestendig en internationaal concurrerend toelevernetwerk te ontwikkelen. Zijn focus ligt op innovatie, duurzaamheid en maatschappelijk relevantie. Onder zijn leiding streeft Brainport Industries ernaar om toonaangevend te blijven in de technologische en industriële sector.

Marco D’Agata

Marco D’Agata leidt de start-up Neolook (2020), gespecialiseerd in medical grade videoservices voor Neonatale en Kinder Intensive Cares. De services Family, Academic en Professional ondersteunen het team van ouders, zorgprofessionals en wetenschappers rond het zieke kind. Samen met ziekenhuizen worden nieuwe klinische algoritmes en A.I.’s ontwikkeld.

Marco is de middelste van de drie broers D’Agata (Intelligent Bewegen, Krachtgezinnen). Hij werkte eerder voor Philips op internationale deals, en voor Zilveren Kruis op het dossier dure geneesmiddelen.

Panel

Anna Gerbrandy

Anna Gerbrandy is hoogleraar Mededingingsrecht aan de Universiteit Utrecht, Kroonlid bij de Sociaal Economische Raad en Non-Governmental Advisor bij de ACM. Haar onderzoek focust op het snijvlak van maatschappelijke ontwikkelingen, waaronder duurzaamheid en digitalisering, en het markt- en mededingingsrecht. 

Nitesh Bharosa

Nitesh Bharosa is hoogleraar ‘GovTech & Innovatie’ aan de faculteit Techniek, Bestuur en Management van de Technische Universiteit Delft. Zijn onderzoek is gericht op de ontwikkeling en besturing van dynamische afsprakenstelsels voor verantwoorde digitalisering in de publieke sector. Nitesh is tevens academisch directeur bij Digicampus – een multi-helix samenwerkingsverband voor innovatie in de publieke sector. Bij Digicampus experimenteren overheid, markt en kennisinstellingen met GovTech oplossingen voor maatschappelijke opgaven. Sinds 2024 is Nitesh kroonlid van de Sociaal-Economische Raad. 

Geert-Jan van der Snoek

Geert-Jan is een ervaren CEO, toezichthouder en ondernemer met een bewezen trackrecord van werken in de verschillende transformerende (internationale) markten en organisaties. Hij heeft leidinggegeven aan zowel beursgenoteerde- als ook familie- en private equity-bedrijven, in nauwe symbiose met overheids-/publieke en regelgevende instanties. Dit vaak langs vier kernthema’s: Digitale transformatie, Duurzaamheid, AI en Veranderende eco-systemen.

Als ondernemer is Geert-Jan oa. actief op het gebied van podcast/ muziek platforms en op het gebied van renewable technologieën bij de productie van groene stikstof uit biogasinstallaties en de energie transitie (waterstof in vaste vorm).

16-05-2024 12:30 - 17:30 Mauritshuis, Den Haag