21-02-2019

Verslag deelnemersbijeenkomst: De toekomst van werk

De veranderingen op de arbeidsmarkt door toedoen van digitalisering is misschien wel onze belangrijkste uitdaging in de samenleving de komende jaren”. Daarmee opende Tineke Netelenbos, voorzitter ECP, donderdag 14 februari de ECP deelnemersbijeenkomst over de toekomst van werk. In Bleyenberg in Den Haag kwamen 75 bezoekers uit bedrijfsleven, overheid en maatschappelijke organisaties samen om te praten over de veranderingen op de arbeidsmarkt en de daarbij behorende uitdagingen. De grote vragen tijdens de bijeenkomst luidden: hoe motiveer je mensen om zich te blijven ontwikkelen? Hoe maak je leren weer leuk? En hoe maken we succesvolle initiatieven schaalbaar? Dat Nederland voor een grote uitdaging staat werd snel duidelijk door een scherpe analyse van Louis Spaninks, directeur CA-ICT en tevens eerste spreker op de bijeenkomst. En dat de impact van digitalisering op de arbeidsmarkt groot is, daar twijfelden geen van de aanwezigen aan. Uit recent onderzoek blijkt dat het aantal ICT vacatures de komende jaren sterk zal blijven groeien, en dat het aantal ICT professionals daarbij niet hard genoeg meegroeit. Wat voor een impact de digitalisering precies heeft blijft echter onzeker. Volgens Spaninks zijn “continue verandering en onvoorspelbaarheid onze enige zekerheden”. Het is daarom belangrijk dat de instroom in het ICT onderwijs wordt vergroot en dat het idee van ‘leven lang ontwikkelen’ wordt bevorderd. Arjen El Fassed, hoofd Public Policy bij Google Nederland en tweede spreker op het evenement, sluit zich aan bij Spaninks. Volgens El Fassed raakt de digitalisering alle sectoren, maar is deze impact verschillend per sector. Een recent onderzoek van McKinsey laat wel zien dat er naar verwachting netto meer banen bij zullen komen, maar dat het soort werk sterk verandert. De urgentie van omscholing is dus groot. Er zouden 800.000 mensen per jaar getraind moeten worden. Bij een bedrijf als Google zit het idee van continu leren in de bedrijfscultuur en dat is aantrekkelijk voor de medewerkers. El Fassed benadrukt dat samenwerken essentieel is om leren weer leuk en aantrekkelijk te maken in alle relevante sectoren. Volgens Jack Orlik, de derde spreker van de middag, ligt in deze samenwerking precies de kracht van de Nederlandse samenleving. Als senior researcher bij Nesta heeft Orlik onderzoek gedaan naar digitale vaardigheden in de 21e eeuw. Publiek-private projecten hebben Nederland heel ver gebracht en ook in het bevorderen van ‘digital skills’ liggen hier de kansen. Samen moeten we anticiperen op vaardigheden die nodig zijn, maar misschien nog belangrijker: “ontdekken en promoten wat mensen motiveert om te blijven leren!” De uitdaging is om een veerkrachtig arbeidsmarktsysteem te creëren dat zich snel kan aanpassen aan de veranderende vraag. Een goed voorbeeld is het project H!VE dat werd gepresenteerd door Leon Hielkema, programmamanager bij CNV. H!VE is een samenwerking tussen Google en CNV waarbij de regie om door te leren bij de werknemer zelf ligt. H!VE zet mensen aan om zich te ontwikkelen, zelfbewust te zijn en te groeien: https://www.hive.nl/. Dit soort initiatieven moeten er voor zorgen dat digitalisering en de eigen ontwikkeling daarin weer leuk en relevant is. Hielkema geeft echter aan dat het belangrijk is dat de norm van ‘leven lang ontwikkelen’ comfortabel of vanzelfsprekend wordt voor zowel werknemers als werkgevers. Tijdens het afsluitende debat waarin alle sprekers aan het panel deelnamen om vragen uit de zaal te beantwoorden, benadrukt Spaninks nogmaals de urgentie van gezamenlijk investeren: “Deze kwestie vraagt om een bijdrage van de overheid, maar ook zeker vanuit de private sector.” Geert Moelker, MT lid ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK), die als vertegenwoordiger van de Nederlandse overheid aansloot bij de discussie, beaamt de urgentie van samenwerken. “De toekomst van werk en de uitdagingen van digitalisering moeten in publiek-private samenwerkingsverbanden worden opgepakt. Vanuit de Nederlandse digitaliseringsstrategie stimuleren we dat.” Daarnaast benadrukt Moelker dat het belangrijk is om te focussen op de intrinsieke motivatie van mensen om te gaan leren. Niet het moeten leren van een digitale vaardigheid is interessant, maar de focus moet liggen op de toepassingen ervan. Deze insteek werd bevestigd door een bijdrage uit de zaal die ging over de zorg. Medewerkers willen geen digitale vaardigheden leren omdat het moet, maar vooral omdat deze vaardigheden ervoor zorgen dat medewerkers meer tijd hebben voor hun patiënten. Digitale vaardigheden zorgen indirect dus voor een warmere zorg. Dat is de motivatie die belangrijk is om mensen aan het leren te krijgen! Tineke Netelenbos sloot de middag af met het benadrukken van het belang van dit onderwerp. De toekomst van werk is een onderwerp dat ECP zal blijven bespreken met haar deelnemers, op landelijk maar zeker ook op lokaal niveau. Ook vanuit het actieplan de Human Capital Agenda (HCA-ICT) zal er in 2019 meer focus zijn op samenwerking in de regio en het bereiken en helpen van onderwijsinstellingen in de benodigde curriculum aanpassingen door de opkomst van nieuwe technologieën!

Dankwoord aan Louis Spaninks

Moelker was nog voor een andere reden aanwezig bij de bijeenkomst. Na het debat werd Louis Spaninks bedankt voor zijn werk voor de Human Capital Agenda ICT de afgelopen jaren. Spaninks was in de periode 2015-2019 coördinator van de HCA-ICT. In zijn rol als directeur CA-ICT blijft Spaninks nauw samenwerken met EZK en de HCA-ICT. Lees de presentaties van de bijeenkomst hieronder terug: Louis Spaninks – CA-ICT presentatie arbeidsmarkt ICT Leon Hielkema – CNV presentatie H!VE